“Wat is er?”
Ze zit hoofdschuddend voor me.
“Ik voel me zo gefrustreerd, ik kom niet bij mezelf. Ik ben het zo zat. Ik wil niet meer strijden.”
“Kun je dit strijden loslaten?”
“Ik wil het vanuit liefde loslaten en niet vanuit boosheid. Ik voel boosheid en kan wel schreeuwen!”
“Kom maar, voel het maar!” Ik wrijf met mijn handen over haar buik en haar onderrug, steeds sneller en ik voel dat er wrijvingswarmte en een enorme stuwende kracht ontstaat. Ik voel een vuur in mezelf oplaaien als ik me energetisch met haar verbind.
“Ze gromt wat, balt haar vuisten en ademt diep in.”
Ik fluister, “voel je vuur maar! Je vuur kan alles wegbranden wat niet dient, maar het is ook je passie, je levensenergie.”
Ze ademt dieper en dieper, ik voel een drakenenergie in haar verder oplaaien. Ik voel haar hitte, haar stoom.
Ik ga achter haar zitten en masseer haar schouders, haar rug, haar flanken.
Ik leg mijn hand op haar hart en begin te wrijven, steeds sneller, ze begint flink te boeren. Ik vraag of ze soms moet overgeven maar ze antwoord; “nee, het moet er energetisch uit, deze energie mag nu weg.”
Na enkele minuten trek ik haar tegen me aan. “Kom maar, zak maar, rust maar, het is goed.”
Ik voel haar lichaam zachter worden, zwaarder. Ik leg haar hoofd op mijn schouder en ik voel haar lichaam op steeds diepere lagen ontspannen. En weet nu kan ze letterlijk en figuurlijk lichter worden.
Ze komt weer thuis, bij zichzelf, in zichzelf, haar hart staat open, ze stroomt weer. Ik kijk naar haar en zie een warme en stralende vrouw.
0 reacties